Gelukkig kwam ik er 100 meter na vertrek van de camping al
achter. Helm en handschoenen vergeten! Zenuwen, zelfs als je voor de vierde keer
deelneemt aan Alpe d’HuZes. Je zou toch denken dat je wéét wat je te wachten
staat. Weten bleek vandaag toch echt weer iets anders dan ervaren. Man-o-man,
wat was het zwaar. Ik denk dat het echt de twee zwaarste beklimmingen waren die
ik de afgelopen jaren heb gedaan.
Hoe fiets je een Alp op? Van te voren had ik mij al
voorgenomen, het wordt dit jaar echt één beklimming. Veel te weinig geoefend.
Door het slechte voorjaar, maar gewoon ook weinig puf. De start op woensdag is
gelukkig om 10.00 uur, dus ik kon redelijk uitslapen. 6.00 uur was ik wakker…
Nou ja, in ieder geval een redelijke nacht gemaakt. Ontbijt, stuurbordje op de
fiets, zonnebrand, koffie, fietskleding aan, L uitzwaaien (die d.m.v. auto en
dan kabelbaan naar boven zou) en gaan. Ff terug om toch maar de handschoenen en
fietshelm te halen, dat wel. Om 10.00 uur arriveerde ik aan de start. Kon
meteen meestarten. Eén keer naar boven. Mens wat een afzien. Vreselijk.
Ploegen. Strak 6-7 km per uur als snelheid aangehouden. En vooral niet stoppen
om te rusten had ik mij voorgenomen, want dan ben je uit je ritme. Dat is
constant vechten. Want je benen willen maar één ding: stoppen! Je verstand
vindt het slimmer om door te gaan. Want het gaat toch nog steeds? Opvallend is
altijd het geluid in het ‘peloton’. Direct na de start worden er nog onderling
grapjes gemaakt. Na twee bochten wordt er al gevloekt en zie je de eerste
afstappers om langs de kant uit te rusten. En hoe hoger je komt, hoe later op de dag
het wordt, hoe minder er wordt gepraat. Iedereen vecht in stilte.
Onderweg steeds de vraag: één of twee keer vandaag? Na bijna
twee uur gefietst te hebben kwam ik over de finish. L. stond mij op te wachten.
Eerst koffie, dan omkleden en wat eten. Een jus d’orange toe. Een uur later
wist ik nog steeds niet wat ik zou doen. Stoppen? Doorgaan? Afgesproken dat L
terug zou gaan naar de camping en ik tijdens de afdaling zou beslissen wat te
doen. Tsja, tsja. Eén keer is ook maar één keer. En het is pas 13.00 uur. Je
kan tot 18.00 uur finishen. Dus…
Beneden de in verband met de afdaling
aangetrokken warme kleding uit (je koelt snel af door de snelheid waarmee je afdaalt) en weer over de startplaat.
Met als voornemen: nu wél regelmatig een stop. Meteen richting bocht 21 is het
zwaar. De temperatuur is opgelopen, de zon is fel. En elke ad6-er weet: vanaf
de start naar bocht 16 (bochten worden van beneden naar boven geteld, de finish
komt na bocht 1) zijn de stukken waar je het meeste moet klimmen. Het lukte
door te fietsen naar bocht 20. Na even gezeten te hebben verder naar bocht 18.
Bijtanken. In bocht 16 is een feestje aan de gang. Mij wat te druk, gestopt in
bocht 15. En dan praat je wat met andere lijders. Over die …berg. Over hoe ver
het nog is. Hoe vaak je nog omhoog wil. Etc. En samen kom je dan tot de
conclusie dat het verder met elkaar blijven praten de finish echt niet
dichterbij brengt. Je stapt maar weer op. In één keer door naar bocht 10, de
bocht van Mathijs. En dan verder sukkelend omhoog. Net voor bocht 3 is een
bekend fors stijgend stukje. Zo’n 100 meter, maar toch. Daar even
afgestapt en die 100 meter gelopen. Eenmaal langs bocht 1 begint het feest.
Veel mensen langs de kant, Veel aanmoedigingen en gejuich. Over de finish. En jawel, beklimming
twee was vandaag toch nog ‘binnen’.