Twitterberichten

#wijgaandoor: juni 2016 fietst er opnieuw een Buitenboys Mathijs Douwe Team de Alp d'Huez op om geld in te zamelen voor kankerbestrijding

donderdag 7 juli 2011

Kanjer

Je hebt kanjers en kanjers. Maar bij Alpe d'HuZes mag je je pas een écht een kanjer noemen als je ... zes keer de Alp bent opgefietst. Op één dag welteverstaan. Er is maar één teamlid binnen het Mathijs Douwe Team die dat is gelukt: Ivar. Hij fietste 9 juni zes keer omhoog. En komt daarmee in het Officiële Kanjer Register van Alpe d'HuZes!

Hieronder zijn verslag van deze mooie dag.


03.00 uur
Eindelijk gaat de wekker. Kennelijk heb ik nog een soort van ‘slaapsluimertoestand’ bereikt, want de wekker wekt me echt. Maar ondanks dat kun je niet zeggen dat ik mijn nachtrust heb gekregen. Vier uur eerder ging ik naar bed. Eerder heeft geen zin, slaap ik toch niet. Ik kon de slaap echter überhaupt niet vatten. Nu de start van weer een nieuwe sportieve uitdaging zo dicht bij komt, speelt de bijbehorende spanning me toch parten. Maar het geeft niet. De voorbije nachten sliep ik prima en die laatste nacht maakt niet meer uit. Ik ben blij dat ik nu eindelijk in beweging kan komen. Het is tijd om een schuld van ruim acht duizend euro in te lossen.


03.45 uur
Hoewel het op de camping in Rochetaillée al rumoerig is, blijft het stil en donker in onze en de naastgelegen stacaravans. Kennelijk ben ik de enige van het Mathijs Douwe Team die echt om halfvijf wil starten. Na een ontbijt van brood, noedels, energierepen, thee, melk en vruchtensap, dat ik op dit tijdstip en na al het ‘stapelen’ van de voorgaande dagen, met gepaste tegenzin heb weggewerkt, stap ik in het donker op de fiets. Het is fris, maar droog, wat een zegen. Het minuscule ledlampje dat ik op mijn stuur heb bevestigd werpt een klein eivormig vlekje op de straat voor mij. Ik kijk nog eens naar hetzelfde rode lampje op de zadelpen van mijn fiets; is dat te zien voor achteropkomend verkeer? Ik moet ongeveer tien kilometer fietsen naar de start over de D1091 en terwijl ik dat doe en vooral ingehaald wordt door Nederlandse auto’s met racefietsen op het dak of op de trekhaak, denk ik aan het verhaal dat Niek me vertelde. Dat vorig jaar iemand al voor de start in het ziekenhuis lag, omdat ‘ie in het donker op diezelfde D1091 door een auto van achteren was geschept. Rechts houden dus, maar niet teveel, want daar ligt gruis en grind en dat leidt weer tot lekke banden….

04.30 uur
Vier, drie, twee, één….!!! Onder het startschot en het gesis van twee afgeschoten vuurpijlen zet een stoet van duizenden fietsers zich in beweging. Het half uurtje wachten waartegen ik een beetje op had gezien – ik wilde graag vooraan staan – bleek mee te vallen. Eigenlijk was het erg gezellig geweest. Vreemd tafereel; een Frans dorpsplein om vier uur ’s nachts, stampvol fietsers, omringd door helverlichte cafés en restaurants die allemaal open zijn en waar het ook gezellig druk is. Een oude dame die in haar peignoir op haar balkonnetje het tafereel gadesloeg werd luidkeels toegezongen door de deelnemers. Maar we fietsen – eindelijk – we fietsen. De eerste kilometers voeren ons door Le Bourg d’Oisans tot aan de voet van de beruchte Alp. Langs de weg staan al (of nog?) enorm veel mensen. Veel fietsers passeren ons in tegengestelde richting, nog op weg naar de start.



04.45 uur
De wereld ziet er ineens heel anders uit. Zodra het klimmen begon, verstomde het geroezemoes onder mijn ‘collegae’ en verdween het publiek langs de weg. In een gestaag tempo trappen we naar boven. Het is een surrealistisch beeld. Fietsers met allerhande lampjes rijden voor en achter me. Af en toe passeren we een hardloper. In de bochten staan honderden kaarsen te branden. De nacht is helder en rechts van mij kijk ik de diepte in en zie Le Bourg d’Oisans liggen als een oase van licht in een duister dal. De benen voelen goed!


06.00 uur
Het schemert inmiddels. Zojuist met een high five met Betty de finish gepasseerd. Ze riep “En Ivar is boven!!” en zo is het. Deze corpulente vrolijke Brabantse dame zou met haar sidekick Bea de komende 14 uur zo’n beetje non-stop alle deelnemers welkom heten, aanmoedigen, het publiek vermaken, zingen, dansen, etc. Ongelooflijk. Je vraagt je af wie nu eigenlijk meer uithoudingsvermogen heeft. Gisteren stond ze ook al van twaalf tot vier uur de deelnemers van Alpe d’HuZus binnen te praten. Alpe d’HuZus is een soort generale repetitie en een – wederom – commerciële slimmigheid van de organisatie. Een dag voor Alpe d’HuZes krijgen mensen die eigenlijk de deelnemers van donderdag begeleiden, de kans om zelf één keer naar boven te fietsen. Uiteraard moet er vooraf geld ingezameld worden. Uiteindelijk bleken er 261 Alpe d’HuZussers te zijn (waarvan twee uit de begeleiding van het Mathijs Douwe Team) die gezamenlijk anderhalve ton inzamelden. Weer een gouden greep dus.


08.30 uur
Ik heb net de tweede afdaling voltooid. Inderdaad – en gelukkig – staan Lydia en Annet bij de rotonde, zo’n vijfhonderd meter voor de voet van de beklimming. Dit is het keerpunt, waar iedere klim weer begint. Het geheim achter ‘zes keer’ zit ‘em – naast voldoende trainen – vooral in ‘de brandstoftank vol houden’. Lydia en ik zoeken een door de organisatie opgetrokken tent op. Hier is het warmer. In de afdaling heb ik het zo ontzettend koud gekregen, dat ik een half uur lang onbeheerst zit te rillen terwijl ik plichtmatig mijn nieuwe portie noedels, energierepen en boterhammen weg kauw. Om mij heen zitten nog ernstiger gevallen. In
een belendende tent, die eigenlijk is ingericht voor massages, ziet het goud van de ‘thermodekentjes’. In diverse auto’s die her en der om dit keerpunt staan geparkeerd, zitten fietsers warm te worden. Bij mij valt het dus mee. Na een half uur geloof ik het wel. Ik heb het nog steeds koud. Er is maar één manier om weer warm te worden en dat is trappen. Klim nummer drie begint dus al om negen uur. De werkdag is net begonnen, maar het voelt alsof ik er al één op heb zitten.


10.00 uur
Het is nu echt druk geworden op de route. Niet alleen is het publiek inmiddels maximaal aanwezig. Ook alle deelnemers zijn nu wel zo’n beetje op weg. Niet iedereen is vroeg gestart, want niet iedereen gaat voor de zes keer. Waarom dus zo vroeg starten? Een lang lint van fietsers, een enkele loper en een enkele ‘wheeler’, strekt zich voor mij uit. Regelmatig krijgen we signalen van motorrijders die alle voertuigen die hier nog mogen rijden begeleiden, zowel naar boven als naar beneden. Je gelooft het niet, maar al het Franse verkeer, ook vrachtwagens en bussen, mag hier nog rijden. De Fransen laten zich niet zomaar door zo’n Hollands legioen van hun eigen berg af jagen. Nederlandse kentekens worden geweerd, met uitzondering van die van de organisatie. In één van de bochten staat uren lang een bus op de weg, die we – vooral in de afdaling - met veel omhaal kunnen omzeilen. Eerder op de dag hoorde ik het verhaal. Dit was een bus die deelnemers die in Alpe d’Huez verbleven, voor de start naar beneden zou brengen. De bus kreeg pech, de deelnemers moesten verder liften. Uren later stond ‘ie er dus nog.

13.00 uur
Mijn vierde high five met Betty is een feit. Ik voel mij nog steeds goed, dus ik begin langzaam maar zeker te geloven in datgene wat ik maanden lang heb verkondigd: “ja, nu ik mee doe ga ik voor de zes keer; het heet niet voor niets Alpe d’HuZes”. Vertrouwen had ik wel, er waren mij in de afgelopen jaren immers al honderden deelnemers voorgegaan, dus waarom zou ik dat niet kunnen? Maar zekerheid had ik niet en een bepaalde mate van bluf kon mij niet ontzegd worden in de voorafgaande maanden. Het circus bij de finish is enorm. Lydia en Annet hebben zich na een reis van tweeënhalf uur ‘gesetteld’ op onze – sinds gisteren - vertrouwde plek naast het podium van de NOS. Terwijl Jitske van den Elsen haar eerste TV-nieuwsflits live presenteert, zit ik op twee meter afstand weer aan de boterhammen en energierepen. Iets eerder is teamlid Dionne gefinisht. Dionne onderscheidde zich de afgelopen maanden door haar tomeloze inzet en creativiteit bij het inzamelen (als ik dit schrijf is ‘haar stand’ bijna twaalfduizend euro). Ze fiets dit jaar voor het eerst ‘sportief’ (heeft zelfs speciaal voor dit
evenement een fiets aangeschaft) en heeft hoogtevrees. Eerder deze week beklom ze een paar keer de Col d’Ornon. Minder lang en minder stijl dan de berg van vandaag, maar een gruwel voor Dionne, zowel omhoog als naar beneden. Op woensdag zat ik haar in de auto, terwijl we naar Alpe d’Huez reden, voortdurend moed in te praten. Iedere bocht scheen zich voor haar te vervolgen in een nog steiler stuk. Vanochtend om half negen begon ze aan haar opgave. Één keer de berg bedwingen. Ruim vier uur later was het volbracht. Haar belofte naar alle sponsors was geen loze belofte geweest. Zoals bij zoveel mensen kwamen de tranen na de finish. Niet alleen vanwege de inspanning. Dionne heeft ook veel – soms terminaal – zieke kinderen met kanker gekend. Op dit tijdstip is toevalligerwijs het team bijna compleet. Ook Niek en Mark zijn aanwezig, beide na drie beklimmingen. Alleen Liesbeth en Fredrieke zijn bezig aan de unieke klim van de tienjarige Fredrieke, die door een team van de NOS wordt gevolgd. De dag eist inmiddels zijn tol. Mark heeft een nummertje getrokken voor een massage. Niek heeft stiekem al het besluit genomen dat het er vandaag geen vijf gaan worden, maar ‘gewoon’ vier, net als vorig jaar. Wat je gewoon noemt, als je net drie jaar ‘genezen’ bent van darmkanker, met alle bijbehorende ellende, zoals een operatie en chemokuren, van dien… Kortom: iedereen presteert op zijn of haar niveau. En dat is waar het hier om gaat, dat wordt steeds duidelijker. Saamhorigheid, solidariteit, emotie, strijden en lijden voor een ander. Het sterkt mij in mijn voornemen mijn sponsoring te maximaliseren. Het wordt tijd om weer te vertrekken. Lydia begint langzaam maar zeker vertrouwen te krijgen in mijn afdalingskwaliteiten. Angst begint plaats te maken voor vertrouwen en trots. Ondertussen passeert een man met één been per fiets de finish. Zijn prothese aan de andere kant zit vastgegespt aan een trapper die niet meedraait.

15.15 uur
Een behulpzame Nederlandse dame drukt af en vereeuwigt mijn ouders en mij voor het bordje van Huez. Henk en Loes hebben hun reis vanuit Portugal terug naar huis speciaal aangepast aan dit evenement. Van behang- of cadeaupapier hebben ze een geïmproviseerd spandoek gemaakt. Ik denk terug aan de dagen in mijn jeugd. Mijn broers en ik spraken over ‘lekker afzien’ op de fiets en mijn ouders waren niet te beroerd om met ons naar Limburg en Luxemburg te rijden om ons de kans te geven onze stoere praat om te zetten in daden. Nog maar zeven jaar geleden wonnen we collectief de belegen weddenschap met mijn vader. Ja, wij konden dus alle drie wél de Alpe d’Huez opfietsen! We stuurden hem drie sms-jes. De mijne: “Ivar 1 uur 13 minuten; rekeningnummer 5671286”. Groot was hun zorg bij mijn aankondiging van zes keer; dat kon toch niet gezond zijn. Groot was ook hun opluchting bij onze eerste ontmoeting, eerder die dag, tijdens mijn vierde beklimming. Hun zoon zag er nog goed uit. Toch voel ik me eigenlijk niet zo jofel meer. Ondanks al het ‘gevreet’ merk ik dat het tankje leeg begint te raken. ‘Hongerklop’? ‘Nu’ al? En ik moet er straks nog één. Ik kijk om me heen. Bij iedereen ligt het tempo lager. Runners wandelen. Wheelers staan bijna stil. In bocht drie staat een man roerloos over zijn stuur geleund, zijn hoofd tussen zijn handen. In iedere bocht zitten deelnemers op het muurtje uit te rusten. Ik passeer een dame op een tandem, de plek achter haar is leeg. Het publiek schreeuwt ons nog steeds verder. Iedereen roept mijn naam. Klein detail, je naam op zo’n stuurbordje afdrukken, maar groot plezier. Alpe d’Huez tekent zich alweer af. Nog even en Betty krijgt mijn vijfde high five….


18.58 uur
Het is volbracht! Ik steek zes vingers de lucht in: ‘I did it’! Aan weerszijden van de Avenue de Brandes staat het publiek rijen dik ons – mij! – toe te juichen. Anderhalf uur eerder, rond 17.30 uur, was ik weer gestart. Vol twijfel. Maar ik had nog bijna drie uur de tijd. Ik zou het mezelf nooit vergeven als ik het tenminste niet zou proberen. Een dik half uur later was ik alweer bij bocht tien, de bocht van Mathijs. Ik stop, wijs naar de foto van Mathijs, naar de poster (Diederick bedankt!) en bedank de mensen aan de kant die de hele dag op deze plek hebben gestaan. Het gaat weer goed. Ik stuur Lydia een sms. “Ik ga het halen!”. Meteen antwoord: “Yes, ik wist het!”. Ik vervolg mijn weg en ben verbaasd over hoe makkelijk het weer gaat. De ene na de andere fietser haal ik in. Alle trainingsarbeid begint zich kennelijk terug te betalen. Nog één keer langs die dames in het oranje. Nog één keer langs die groep gezellige en enthousiaste zatlappen bij een kroeg onder in het dorp. Nog één keer door het tunneltje. Even later dan eindelijk de Avenue de Brandes…


19.30 uur
Leeg… Ik zit op een bankje. Ons gehele team, behalve ik, volgt nauwgezet de live uitzending van de NOS, waarin Fredrieke en Niek hun verhaal doen. Ik kijk wel, maar zie het niet echt. Na de euforie van de finish, overvalt mij een gevoel van fysieke en mentale leegheid. Het hele spectrum van emoties hebben we de afgelopen dagen – en zeker vandaag – meegemaakt. De lichamelijke uitputting werkt als een versterker voor deze gevoelens. Regelmatig staat het huilen mij vreemd genoeg nader dan het lachen. Na een uurtje is het over. Het is koud en we gaan het Palais des Sports binnen om onder het genot van een warme kop thee te wachten op de auto die ons terug gaat brengen naar de camping. Ik prijs mezelf gelukkig dit te hebben kunnen meemaken. Een kwartier later maakt de organisatie het voorlopige resultaat bekend: ruim twintig miljoen euro! Het aandeel van het Mathijs Douwe Team hierin is vijftigduizend euro. Aan iedereen die heeft bijgedragen: bedankt!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten