Twitterberichten

#wijgaandoor: juni 2016 fietst er opnieuw een Buitenboys Mathijs Douwe Team de Alp d'Huez op om geld in te zamelen voor kankerbestrijding

zaterdag 16 januari 2010

Naar één nationaal kinderkankercentrum


Jaarlijks krijgen ongeveer 550 kinderen te horen dat ze kanker hebben. Voor behandeling komen ze dan terecht in één van de zeven (universitaire) ziekenhuizen die zich hebben gespecialiseerd in kinderkanker. Maar er zijn heel veel soorten kanker. De meeste kankersoorten (90%) komen per jaar maar (gemiddeld) bij drie kinderen voor. Er is dus veel variatie (eigenlijk in deze een te positief woord...) in welke soort kanker een kind kan krijgen. En iedere kanker vereist een andere aanpak van behandeling door de artsen. Dit alles betekent dat er geen sprake is van routineopbouw bij de artsen in de ziekenhuizen. En routineopbouw is wel belangrijk: studies tonen aan dat er een fors positief verband is tussen het aantal uitgevoerde behandelingen chemotherapie en/of chirurgie dat binnen een ziekenhuis wordt uitgevoerd én het uiteindelijke behandelresultaat (aantal kinderen dat geneest). Ofwel: hoe vaker in het ziekenhuis een kind met deze aandoening wordt behandeld, hoe groter de kans dat het kind uiteindelijk geneest. Oefening baart kunst blijkt ook te gelden voor artsen die kinderkanker moeten genezen.

Door o.a. de Vereniging Ouders Kinderen met kanker (www.vokk.nl ) wordt er sinds vorig jaar voor gepleit om tot een forse concentratie van de behandeling van zieke kinderen met kanker te komen. In de visie van de VOKK moet er één Nationaal Kinderoncologisch Centrum (NKOC) in Nederland worden opgericht. In een doorwrocht rapport dat net voor zomer 2009 werd gepresenteerd (http://cms.onlinebase.nl/userfiles/cmsvokk/file/beleidsnota%20NKOC%20juli%202009.pdf ) wordt uitgebreid beargumenteerd waarom dit belangrijk is. Alle plussen en minnen worden in het rapport op een rij gezet. Conclusie: één zo'n geconcentreerd nationaal centrum leidt tot een effectievere behandeling van kinderen, tot geconcentreerder onderzoek, tot betere opleidingsmogelijkheden en tot steeds betere therapieën.

Je zou denken, als je zo'n stevig onderbouwd rapport leest, morgen starten! Zeker als er in het rapport op wordt gewezen dat in de periode 1970 – 2000 de genezingskans van kinderen met kanker fors is gestegen. Maar dat de eerste tien jaar van de huidige eeuw nauwelijks vordering is gemaakt. Bundeling van die expertise heeft alleen maar voordelen, waar wachten we op?

Op de achtergrond speelt een machtsstrijd : waar in Nederland komt het NKOC te staan? Uiteraard zullen de directies van de zeven universitaire ziekenhuizen waar de kinderen nu behandeld worden graag instemmen met de komst van een NKOC. Maar alleen als dat centrum dan wel naast hun gebouw komt te staan. Het eigenbelang lijkt voor het belang van de kinderen te gaan.

Sinds het verschijnen van het rapport blijft het erg stil rondom dit project. Er zal vast veel gepraat en onderhandeld worden door tal van partijen. Maar elke dag dat wordt gewacht betekent vertraging van het project. En ook: per dag horen twee kinderen in Nederland dat ze kanker hebben. Elke dag dat er langer wordt gepraat en niet wordt gehandeld betekent dus dat er op termijn per dag twee kinderen bijkomen die niet de optimaal mogelijke behandeling krijgen. De gezamenlijke ziekenhuizen spelen een gevaarlijk machtsspel over de rug van ernstig zieke kinderen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten